De meeste Fransen hebben een sterk nationaliteitsgevoel. De Fransen stammen af van verschillende bevolkingsgroepen. Ze stammen af uit het Midden-Oosten, Noord- Afrika, Centraal- Azië en van de Scandinavische landen.
Dat de Fransen afstammen van verschillende bevolkingsgroepen kan je het beste zien aan de Basken, die in het Zuidwesten van Frankrijk wonen. Ook bij de Galliërs kan je zien dat ze van een andere bevolkingsgroep afstammen, maar hun volk is geheel opgegaan in de Fransen.
De meeste Fransen zijn meer gelovig dan de Nederlanders. Driekwart van de Fransen is Rooms-katholiek. Toch gaan er in Frankrijk maar weinig mensen naar de kerk.
In het begin van de negentiende eeuw was Frankrijk het dichtstbevolkte land van Europa. Daarna werd de bevolkingsgroei steeds lager. Rond de Tweede Wereldoorlog was Frankrijk het laagste van Europa. Na de Tweede Wereldoorlog heeft de overheid de geboorte van nieuwe kinderen in Frankrijk gestimuleerd. Door onder andere kinderbijslag in te voeren.
De bevolkingsgroei na de Tweede Wereldoorlog komt niet alleen door de verbetering van de overheid, maar ook door een grote groep immigranten. Die kwamen uit Algerije, Portugal, Italië, Spanje en Marokko. De immigratie groei heeft voor grote problemen in Frankrijk geleidt. De meeste allochtonen kwamen terecht in slechte omstandigheden en zijn slecht geïntegreerd in de Franse samenleving.
De meeste Franse vrouwen worden gemiddeld 81 jaar en de Franse mannen gemiddeld 73 jaar. In 2001 zijn er meer dan 300.000 mensen geboren in Frankrijk. In 2010 had Frankrijk 63,2 miljoen inwoners. De grootste steden waren toen Parijs, Lyon en Marseille.
